Turks Fruit

1. Primaire gegevens

Jan Wolkers, Turks Fruit, Amsterdam, 1969, Meulenhoff

 

 

2 Inhoud (samenvatting) 

Een student beeldhouwkunst, die zijn studie aan de Amsterdamse Rijksacademie van Beeldende Kunsten bijna heeft afgerond, gaat op uitnodiging van de gemeente Valkenburg een reliëf van een religieuze voorstelling hakken in de grotten van de Sint-Pietersberg. De beeldhouwer in spe werkt aan de opwekking van Lazarus, maar zijn reliëf mislukt omdat er in de kop van de Jezus figuur een fossiel zit.

Na de viering van het carnaval lift de student terug. Hij wordt opgepikt door de roodharige vrouw Olga. Hij voelt zich aangetrokken tot haar. De gevoelens zijn wederzijds en lopen uit op een vrijpartij met pijnlijke afloop. Terug op de snelweg krijgen ze een ongeluk: de auto botst tegen een boom. Ze lopen slechts lichte verwondingen op.

Twee maanden lang gaat hij niet naar de Rijksacademie. In die tijd reist hij enkele keren per trein naar Alkmaar, waar Olga's ouders een zaak hebben: Hermes N.V. - Groothandel in huishoudelijke artikelen. Het lukt hem niet met Olga in contact te komen, ondanks enige telefoontjes.

De toevallige ontmoeting met Olga, acht weken na het ongeluk, vindt plaats op de kermis in de Amsterdamse Nieuwmarkt. Ze gaat met hem mee naar zijn atelier en blijft daar drie weken. Deze tijd van heftige erotiek loopt uit op een door de beeldhouwer gedicteerde brief van Olga aan haar ouders, waarin ze de band met hen verbreekt. Toch leent de goedige vader van Olga zijn auto aan hen uit. Daarmee toeren de geliefden in hun prewittebroodsweken door Nederland en vrijen in de natuur. Het verzet van Olga's moeder tegen het huwelijk wordt gebroken door te dreigen met de rechter. Van haar moeder krijgt Olga een kinderwagen als huwelijkscadeau. De beeldhouwer weigert in te gaan op het verzoek directeur van Hermes N.V. te worden, waarna zijn schoonmoeder Olga voor het armoedige artiestenbestaan waarschuwt.

De kinderwagen komt meteen in de rommelkamer van het atelier terecht. Ondanks het permanente geldgebrek is hun huwelijk (erotisch) stormachtig en gelukkig. Olga verdient af en toe wat bij. Ze haalt veel dieren in huis, waarmee het vaak slecht afloopt.

Vanaf het begin haat de beeldhouwer zijn schoonmoeder, die stiekem haar man vetmest. Hij sterft al spoedig. Het lukt de schoonmoeder een wig tussen Olga en de beeldhouwer te drijven. Op de dag van de opening van de rai-huishoudbeurs, waar Hermes N.V. een stand heeft, flirt Olga in het bijzijn van haar man met een zakenrelatie. Haar moeder speelt de rol van koppelaarster, de beeldhouwer slaat uit walging en vervreemding Olga een blauw oog en zakt weg in verdriet en wraakgevoelens.

Na het verlies van Olga reageert hij zich af door vrouwen van allerlei slag mee naar zijn atelier te nemen, op zoek naar een glimp van Olga. Hij werkt als een bezetene en neemt tijdelijk twee Amerikaanse studentes als huursters in huis.

De echtscheidingsprocedure op grond van door Olga gepleegd overspel wordt na enkele maanden afgewikkeld. Samen gaan ze naar een advocaat. De beeldhouwer draait voor alle kosten op.

Over Olga hoort de kunstenaar in de tijd daarna vage berichten. Na ongeveer twee jaar komt hij Olga in de Bijenkorf tegen. Haar huwelijk met de Hermes-zakenrelatie is stukgelopen. Later pleegt ze abortus, waaraan ze ontstoken eierstokken overhoudt. (Eén wordt er weggehaald.) Voordat ze met haar derde huwelijkskandidaat naar de vs vertrekt, vertelt Olga aan haar ex-man, dat ze zich met hem opgesloten heeft gevoeld en dat hij te pas en vooral te onpas met haar wilde vrijen.

Na vele omzwervingen (Amerika, Mexico, Arabische Golf) is Olga weer terug in Nederland, en gescheiden. Omdat ze hoofdpijn heeft, worden er röntgenfoto's genomen. Het blijkt dat ze een tumor heeft, die kwaadaardig is. Een half jaar lang bezoekt de beeldhouwer haar een paar keer per week in het ziekenhuis. Ze wordt langzaam kaal en blind. Alleen turks fruit durft ze nog te snoepen. Als ze sterft, houdt ze haar, door de beeldhouwer geschonken, vuurrode pruik stevig op haar hoofd gedrukt.

 

3.1       Compositie en tijdsverloop

 

Het verhaal speelt zich af in de jaren '60.

De totale verhaaltijd bedraagt zo'n vier jaar, waarvan de laatste twee jaar niet veel gebeurt.

Turks fruit is een niet chronologisch opgebouwde ik-roman. De ik springt als het ware van de hak (het heden) op de tak (het verleden). Door de niet chronologische vormgeving van Turks fruit - de gekleurde vermenging van nu en toen - ontstaat een emotionele reconstructie.

 

3.2       Ruimte

 

Het verhaal speelt zich voornamelijk in Amsterdam af. 

 

3.3       De wijze van vertellen

 

De naamloze beeldhouwer probeert er, als ik-verteller, achteraf achter te komen hoe en waarom zijn verhouding met Olga is stukgelopen. De roman is een gekleurde reconstructie van het verleden waarin de beeldhouwer Olga ontmoet, met haar trouwt en enkele jaren gelukkig is. De roman begint vlak nadat Olga de ik heeft verlaten. De openingszin luidt: ‘Ik was aardig in de rotzooi terechtgekomen nadat ze bij me weggegaan was.’ In de reconstructie vanuit het vertellersheden (waarin Olga met andere mannen verkeert en langzaam aftakelt) staat de vraag ‘Wat was er gebeurd. Met haar, met Olga’ (p. 122) centraal. Vanuit dat vertellersheden tracht de ik de legpuzzel van zijn vroegere leven met Olga bij stukjes en beetjes op te lossen. De lezer krijgt alleen zicht op dat verleden via het perspectief van de ik-verteller. Die blik is sterk subjectief en partijdig. Nergens doet de beeldhouwer-verteller een poging tot nuchtere analyse of (ironische) afstandelijkheid. De motor van de bewogen reconstructie is de emotionele betrokkenheid en het associatieve vermogen van de ik. De talrijke beeldende associaties vormen de brug tussen heden en verleden. Een tafereel of beeld in het heden is altijd een reden het verleden met Olga op te roepen. Een voorbeeld. ‘Als ik wilde eenden over zie komen moet ik er altijd aan denken dat ze zei dat het net vliegende chiantiflessen waren.’ (p. 71) 

 

3.4       Thema

 

Thema:


Zoals in vele van Wolkers' boeken is de dood het hoofdthema, nauw verbonden met motieven als verval, seksualiteit, angst, schuld, medelijden, dierenliefde en -haat.Centraal staat natuurlijk het sterven van Olga en talrijk zijn de vooruitwijzingen naar die dood. In hoofdstuk 3 bijvoorbeeld ziet Olga er na het ongeluk uit 'of ze dood was', in hoofdstuk 8 vraagt ze, opgewonden van het vrijen, haar man om in haar mond te spuwen, 'want mijn spuug was giftig en zou haar op slag doden'. Ook het sterven van de (geliefde) schoonvader en van vele dieren is het vermelden waard.

 

Motieven:

 

VERVAL, AFTAKELING, ANGST
Turks fruit gaat over het verval van de liefde tussen de hoofdpersoon en Olga. Een hoofdoorzaak van hun scheiding is Olga's angst om kinderen te krijgen. Kinderen krijgen associeert ze met aftakeling en bederf. Haar moeder heeft haar deze angst bezorgd: zij heeft een borst moeten missen na Olga's geboorte. Opmerkelijk in dit verband is de scène waarin Olga de voorstudies van de beelden die het 'Moedergeluk' voorstellen (vervoerd per kinderwagen!) in de Amstel gooit. Ook lichamelijk verval speelt een rol: Olga takelt lichamelijk af totdat ze door een tumor niet veel meer is dan een wrak. Subtiel wordt al vroeg in de roman naar deze tumor verwezen. De hoofdpersoon werkt in de grotten bij Valkenburg aan een reliëf dat de opwekking van Lazarus moet voorstellen. Dan ziet hij in het hoofd van Christus een fossiel. Om dat er gaaf uit te krijgen, hakt hij te veel mergel weg. 'Een paar dagen later viel het fossiel dat ik uit het hoofd van Gods zoon bevrijd had als een bal bruine suiker tot pulver in de hal van het hotel.'

 

MEDELIJDEN
Olga's sterk zinnelijke schoonheid wordt uitvoerig beschreven. In de bloei van haar leven wordt ze omringd door mannen. Schrijnend is het daarom dat iedereen (ook haar moeder) haar in de steek laat, als ze een ongeneeslijke tumor heeft en door de bestraling kaal en blind geworden is. Slechts de ik-figuur voelt medelijden, hij houdt zielsveel van haar en blijft haar trouw tot in de dood.

 

SEKSUALITEIT
Seksualiteit speelt in het leven van de hoofdpersoon een grote rol. Maar omdat Olga bang is om een kind te krijgen, moet hun relatie wel mislukken. Dat zijn liefde sterk zinnelijk is, blijkt uit benamingen als 'dat rooie mistige beest' en 'het lieve rooie dier'. Overmatig seksueel verkeer is zeker ook een oorzaak van de breuk tussen Olga en haar man. Zij klaagt erover dat hij haar te veel wil 'bezitten', soms wel zeven keer op een dag met haar wil vrijen ('Dan had ze gedacht, daar komt het weer.'). Ze beschuldigt hem (misschien niet ten onrechte) van satyriasis, mede nadat een arts had gesproken van 'overmatig seksueel verkeer'. Daar staan uitlatingen tegenover waaruit blijkt dat ook zij hevig naar seks verlangt. Na hun scheiding gaat de hoofdpersoon seksueel als een beest tekeer: 'Ik naaide de ene meid na de andere. Ik sleepte ze naar mijn hol en rukte ze de kleren van het lijf en ramde me een ongeluk.' Totdat hij er genoeg van krijgt: 'Ik begon al te kotsen als ik een rok zag.'

 

SCHULD
We hebben er al op gewezen dat de stokende schoonmoeder grote schuld heeft aan het mislopen van de relatie tussen Olga en de kunstenaar. Hoewel zelf van arme komaf, stelt ze de 'gegoede burgerstand', waartoe ze dankzij een berekend huwelijk behoort, boven 'het artiesten-leven' van haar schoonzoon. Tegen haar dochter vertelt ze dat zij schuldig is aan het afzetten van een van haar borsten. Zelf is zij ook schuldig aan het vroege overlijden van haar man: tegen de dieetvoorschriften voor zijn leveraandoening in mest ze hem stiekem vet. Ten slotte wijzen we op de Verenigde Staten als 'schuldige'. Amerika wordt in de roman als een verderfelijke natie afgespiegeld. Zo worden de twee Amerikaanse meisjesstudenten als 'trutten' voorgesteld, met 'grijpgrage dollerhandjes'. Als zijn huis een keer vol zit met vijftien 'clochards van Uncle Sam', met 'bacteriën, kop kaas en korsten uit alle vijftig staten van Amerika', is de maat vol en zegt hij dat ze kunnen 'opdonderen met hun gepofte maïs en sweet potatoes'. De nieuwe rage uit Amerika, barbecuen, wordt via de negatieve reacties van de beeldhouwer bekritiseerd (sauzen met 'braakkleuren', tranende ogen door stank en rook, vlees als een 'half verteerde rubber schoenzool'). We noemen in dit verband ook het feit dat Olga tijdens haar reis door de Verenigde Staten van binnen totaal ontregeld raakt. De criticus J. Fontijn vindt Amerika de hoofdschuldige: 'Wie Carreidas zegt (zie: motto), staat ergens in dit stripverhaal, zegt: vliegtuigen, wol, petroleum, film, pers, Sani-Cola enz. Olga wordt door haar zucht naar luxe en geld gedreven in de armen van een rijke Amerikaan die in olie doet. Niet vader, moeder of God is de hoofdschuldige in Wolkers' roman dit keer, maar onze door Amerika bepaalde kapitalistische maatschappij.

 

 

3.5.      Personages

 

De belangrijkste hoofdpersoon van het boek is de ik-figuur. Hij heeft een relatie met de andere hoofdpersoon Olga, maar die relatie wordt op de helft van het boek door een ruzie beëindigd. Hun verhouding is in het begin van het boek hartstochtelijk want ze hebben tenslotte een liefdesrelatie. Op de helft van het boek is hun relatie totaal veranderd want hun huwelijk is beëindigd. Vanaf dat moment zijn ze koel en afstandelijk tegen elkaar. Dit tot grote spijt van de ik-figuur want hij is nog verliefd op haar. Aan het eind van het boek verandert de relatie tussen hun weer want Olga is ernstig ziek en de ik-figuur komt elke dag bij haar op bezoek. Hun relatie is vanaf dat moment weer vriendschappelijk.



Een belangrijk bij-persoon in het boek is de moeder van Olga. Zij heeft een hekel aan de ik-figuur en hij aan haar. Hun relatie is vijandelijk. Zij is de belangrijkste bij-persoon in het boek want zij zorgt ervoor dat de relatie tussen Olga en de ik-figuur wordt beëindigd. De vader van Olga is ook een bij-persoon de ik-figuur vindt hem erg aardig en hun relatie is vriendschappelijk.



De ik-figuur:

De ik-figuur is een jonge eenzame kunstenaar/ beeldhouwer. Hij woont in zijn atelier. Ik denk dat de ik-figuur erg actief is. Hij zorgt voor het inkomen en zijn liefdesleven met Olga is ook erg actief. In het boek trouwt hij met Olga. Hun relatie is zeer diepgaand. Hij vindt het dan ook verschrikkelijk als Olga hun relatie beëindigt. Hij is totaal radeloos en hij valt in een diep gat. Nadat Olga de relatie beëindigd heeft hij nog enkele andere relaties, maar niets kan aan haar tippen. Daarom blijft hij na de relatie met Olga alleen en eenzaam achter. De ik-figuur is een round-character. Omdat je zijn gevoelens te weten komt en omdat je hem steeds beter leert kennen.



Olga:

Olga is een jonge mooie aantrekkelijke vrouw. Ze komt uit een rijk gezin maar met de ik-figuur leidt ze een armoedig bestaan. Olga is een ongelukkig figuur. Aan het begin van de relatie met de ik-figuur was ze erg gelukkig. Maar dat verdwijnt onder invloed van haar moeder. Ze wordt erg ongelukkig ,doordat ze het armoedige leventje zat is. Mede daarom verlaat ze de ik figuur. Ze hertrouwt nog een paar keer maar in die huwelijken is ze niet gelukkig.



Olga's moeder:

Is tussen de 50 en 60 jaar oud en ze woont samen met haar man in een groot huis. De moeder is geen eerlijk persoon. Thuis speelt zij de nette huisvrouw maar als ze van huis weg is, is ze een sloerie die met alle zakenrelaties van haar man het bed in duikt. Ze heeft een hekel aan de ik-figuur en daarom probeert ze Olga en de ik-figuur uit elkaar te drijven. Uiteindelijk lukt haar dit. Olga's moeder is een flat-character.



Olga's vader:

Olga's vader is een oudere een beetje demente man. Hij vertelt steeds dezelfde mop: die van die twee jongens die niet naar Parijs gingen. Ook draait hij van zijn snotjes steeds balletjes en die plakt hij dan onder zijn stoel. Hij vindt het niet erg dat zijn vrouw vreemd gaat. Het is een eenzame man omdat zijn vrouw hem steeds in de steek laat en omdat niemand hem echt serieus neemt. Hij is een flat-character.

 

 

3.5.      Titel, ondertitel en motto

 

 

Titelverklaring:

'Turks fruit' is zacht, zeer zoet snoepgoed, het enige wat Olga nog durft te eten als ze in het ziekenhuis ligt (ze wil haar voortanden sparen, waarvan ze denkt dat ze los zitten). Het is een symbool voor de verrotting, de aftakeling.

 

Het motto:

Het motto bestaat uit een dialoog tussen Rastapopoulos en Carreidas over de vraag wie 'de grootste naarling van de hele wereld' is (uit: 'Vlucht 714' van 'De Avonturen van Kuifje'). Rastapopoulos wil Carreidas ervan overtuigen dat hijzelf de slechtste is, maar die vindt zichzelf de gemeenste en zegt: 'Nooit! Hoort u dat? Ik sterf nog liever!' Deze wedijver in verdorvenheid kan slaan op de twee 'schuldigen' in de roman: de schoonmoeder en Amerika.

Wolkers heeft de roman opgedragen aan Olga Stabulas, zijn tweede vrouw, die hem verlaten heeft. In een interview (juli 1972) heeft de auteur gezegd dat de Olga-figuur niet louter is gebaseerd op ervaringen met de echte Olga maar op die met drie vrouwen.

 

  1. Keuzeopdracht

 

* Teken een (stripverhaal van een deel van) het boek.

Maak jouw eigen website met JouwWeb